Over de operatieve behandeling van zowel de acute haemorrhagische necrotiserende pancreatitis (A.H.N.P.) als de chronische pancreatitis bestaan nog verschillende opvattingen. Hoewel het twee duidelijk verschillende ziektebeelden van hetzelfde orgaan zijn, hebben ze gemeen. dat de conservatieve therapie veelal faalt en dat nog steeds gezocht wordt naar de juiste indicatie en soort operatie. Op de chirurgische afdeling van het Academisch Ziekenhuis Dijkzigt in Rotterdam werd enige jaren geleden gekozen voor een vrij agressieve operatieve benadering van deze beide ziektebeelden. In dit proefschrift zal van de resultaten van deze benadering verslag gedaan worden. De acute haemorrhagische necrotiserende pancreatitis (A.H.N.P.) en de chronische pancreatitis zijn zoals gezegd, ondanks mogelijke overeenkomsten in de oorzaken van het ontstaan, de pathofysiologie en de klinische symptomatologie. twee los van elkaar staande ziektebeelden. Met name is de problematiek die optreedt bij zowel de diagnostiek als de behandeling zo totaal verschillend. dat het omwille van de duidelijkheid verstandig leek om beide ziektebeelden in een afzonderlijk deel van dit proefschrift te bespreken. Zo worden in hoofdstuk 1 t/m 5 de diagnostiek en de mogelijke behandelingen van A.H.N.P. aan de hand van eigen ervaringen en literatuurgegevens besproken. De bespreking spitst zich toe zowel op een vroegtijdige differentiatie tussen acute oedemateuze pancreatitis en A.H.N.P. als op het feit dat het niet bekend is of, en zo ja hoe, een oedemateuze pancreatitis kan overgaan in een A.H.N.P. Verder komen verschillen van inzicht ter sprake omtrent de keuze van de operatieve behandeling en het tijdstip waarop deze operatieve behandeling het beste kan plaats vinden. In hoofdstuk 6 t/m 9 worden de diagnostiek en de mogelijke behandelingen van chronische pancreatitis aan de hand van eigen ervaringen en literatuurgegevens besproken. Bij chronische pancreatitispatiënten is, in tegenstelling tot bij de A.H.N.P., een veel uitgebreider diagnostiek noodzakelijk zowel naar de lokalisatie van de afwijkingen als naar de aanwezigheid van een exocriene of endocriene pancreasinsufficiëntie. De problemen bij de behandeling worden vooral veroorzaakt door persisterende pijn en gewichtsverlies.