De ziekte van Pompe is een erfelijke stofwisselingsziekte die wordt veroorzaakt door een tekort aan het enzym zure α-glucosidase. Dit enzym zorgt er normaalgesproken voor dat glycogeen (suikerketens) in de lysosomen wordt afgebroken. Indien dit niet of onvoldoende gebeurt stapelt het glycogeen zich op, en dit leidt tot schade in vrijwel alle lichaamscellen, het meest opvallend in het hart en in de skeletspieren. Tot enkele jaren geleden was de ziekte van Pompe onbehandelbaar; baby ‘s met de ernstige klassieke vorm van de ziekte overleden vrijwel altijd in het eerste levensjaar, en de meerderheid van de kinderen en volwassenen met een langzamer ziektebeloop raakten in de loop van de ziekte afhankelijk van een rolstoel of beademing. Sinds 2006 is er een therapie beschikbaar (enzymtherapie) waardoor de ziekte van Pompe de eerste behandelbare erfelijke neuromusculaire ziekte is waarvoor behandeling mogelijk is. Sinds 2005 hebben wij een in een groot landelijk, prospectief, onderzoek, 94 kinderen en volwassenen met de ziekte van Pompe vervolgd waarbij we gekeken hebben naar het natuurlijk beloop van de ziekte en de effecten van enzymtherapie. Het blijkt dat het gemiddeld circa zeven jaar duurt nadat een patiënt met klachten naar de dokter is gegaan voordat de diagnose wordt gesteld. Dit komt onder meer doordat de ziekte zeldzaam is (1:40.000 levendgeborenen), waardoor er niet altijd aan gedacht wordt. Tevens is het zo dat naast de kenmerkende skeletspierzwakte en ademhalingszwakte ook frequent andere symptomen, zoals een afhangend ooglid, afstaande schouderbladen en zwakte van de aangezichtsspieren voorkomen waarvan voorheen niet bekend was dat deze onderdeel kunnen uitmaken van de ziekte van Pompe. Tijdens de follow-up bleek dat de achteruitgang in spierkracht en longfunctievermogen gemiddeld circa 1-2% per jaar bedraagt. Desondanks wordt zonder behandeling met enzymtherapie meer dan 50% van de patiënten met de ziekte van Pompe uiteindelijk rolstoelafhankelijk en/of beademingsbehoeftig. Ook hebben patiënten met de ziekte van Pompe een kortere levensverwachting ten opzichte van de algemene bevolking. De meerderheid van de patiënten die deelnemen aan het onderzoek zijn in de loop der jaren behandeld met enzymtherapie met recombinant humaan α-glucosidase. Bij het grootste deel van de kinderen en volwassenen leidt behandeling met enzymtherapie tot verbetering van het uithoudingsvermogen en de spierkracht, en tot stabilisatie van de longfunctie. Voor patiënten met een chronische progressieve aandoening zoals de ziekte van Pompe betekent dit een grote sprong voorwaarts, en dit heeft het toekomstperspectief voor veel patiënten duidelijk veranderd. Pompe disease, also known as acid maltase deficiency or glycogen storage disease type II, is an autosomal recessive metabolic disorder whereby mutations in the GAA gene lead to the partial or total absence of the lysosomal enzyme acid α-glucosidase. This chapter not only outlines its historical perspectives, incidence, genetics, mode of inheritance, clinical features and natural course, but also describes diagnostic procedures, differential diagnosis, and the therapeutic options currently available.

, , ,
The research described in this thesis was supported by grants obtained from the Erasmus MC Revolving Fund, ZonMw – The Netherlands Organisation for Health Research and Development, the Dutch TI Pharma initiative “Sustainable Orphan Drug Development through Registries and Monitoring”, European Union, 7th Framework Programme “EUCLYD” – a European Consortium for Lysosomal Storage Diseases, the Prinses Beatrix Fonds, Spierziekten Nederland and Genzyme.
P.A. van Doorn (Pieter) , A.T. van der Ploeg (Ans)
Erasmus University Rotterdam
hdl.handle.net/1765/39766
Erasmus MC: University Medical Center Rotterdam

van der Beek, N. (2013, April 23). Clinical features, disease course, and effects of enzyme therapy in Pompe disease. Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/39766