Abstract

De politieke rol van de ridderschappen hield door de grondwetswijziging van 1848 [de facto 6 juli 1850] op te bestaan. Het merendeel van de ridderschappen is na de grondwetswijziging opgeheven, maar de Ridderschap van Gelderland heeft besloten om verder te gaan als ‘zedelyck lichaam’, dat wil zeggen als ‘eene vereeniging van personen die rechtsbevoegdheid heeft’. De politieke of staatkundige rol van de beschrevenen in de Ridderschap van Gelderland was daarmee echter geenszins uitgespeeld. Integendeel, het aantal beschrevenen met een functie in de publieke sector was, zeker aanvankelijk, groot en zou eigenlijk pas na de Tweede Wereldoorlog ‘normale’ proporties aannemen. In deze bijdrage gaan wij in op de vraag hoe de beschrevenen in de ridderschap zijn omgegaan met de afgenomen politieke of staatkundige rol van de ridderschap als instituut. In het bijzonder stellen wij onderstaande vraag aan de orde: ‘In hoeverre zijn de beschrevenen in de Ridderschap van Gelderland er in geslaagd om hun maatschappelijke positie na de grondwetswijziging van 1848 te behouden? In dat kader zal tevens worden nagegaan in hoeverre de beschrevenen in de Ridderschap van Gelderland op dit punt afwijken van de overige Nederlandse adel.

hdl.handle.net/1765/50614
Erasmus School of Social and Behavioural Sciences

van Nispen tot Pannerden, F., & Dronkers, J. (2013). De Ridderschap van Gelderland: Van Politiek Orgaan tot ‘Zedelyck Ligchaam’ [1850-2012]. In Adel en ridderschap in Gelderland. Tien eeuwen geschiedenis (pp. 299–315). Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/50614