Je kunt migratie ook met andere ogen bekijken

In het felle migratiedebat worden feiten en meningen vaak door elkaar gehaald. Emeritus hoogleraar Migratie- en Integratiestudies Han Entzinger ontwart de kluwen en geeft de aanzet tot een beleid dat kosmopolitisme en nationalisme weet te verbinden.

De verhouding tussen het actieve en het niet-actieve deel van de bevolking in westerse landen zal de komende decennia verslechteren. Deels kan deze ontwikkeling worden opgevangen door langer en efficiënter werken of door verdere automatisering. Maar op sommige plaatsen zal ook de roep om arbeidskrachten van elders toenemen. Het zal daarbij vooral gaan om relatief goed geschoolde mensen voor enkele zeer specifieke bedrijfstakken en beroepen. Het is nog maar de vraag of die mensen in voldoende aantallen beschikbaar zullen zijn en, zo ja, of zij ook bereid zijn te komen. In sommige landen in de Global South zullen intussen ook de kansen verbeteren, en vooral in sommige delen van Azië zal evenzeer vergrijzing optreden.

Migratie naar Europa is niet vanzelfsprekend

Deskundigen voorspellen dat op mondiaal niveau steeds meer concurrentie zal ontstaan om hooggeschoolde schaarse arbeidskrachten. Het Westen, en zeker Europa, moet er niet als vanzelfsprekend van uitgaan dat het hierbij aan het langste eind trekt. Wel zal Europa zich moeten instellen op een blijvende, zo niet toenemende migratiedruk van mensen op wie het voor zijn economische ontwikkeling niet echt zit te wachten.

In het licht hiervan zal het niet eenvoudig zijn een migratiebeleid te ontwikkelen dat recht blijft doen aan Europese kernwaarden als rechtsstatelijkheid, democratie, gelijkwaardigheid en pluralisme. De komst van meer migranten, vooral van buiten Europa, kan de voorzieningen van de verzorgingsstaat verder onder druk zetten. Die zijn immers gebaseerd op onderlinge solidariteit binnen één natie, en het is niet overal en altijd vanzelfsprekend dat men net zo solidair is met nieuwkomers als met de eigen landgenoten.

Sommigen verwachten dat als gevolg hiervan tussen de gevestigde bevolking en de nieuwkomers meer differentiatie zal ontstaan in het recht op zulke voorzieningen en, meer in het algemeen, in rechtspositioneel opzicht. Ook dat kan weer aanleiding geven tot maatschappelijke spanningen. Anderen zijn vooral bevreesd voor het ontstaan van te grote culturele en religieuze verschillen binnen één samenleving, waartoe de komst van grote aantallen nieuwe migranten kan leiden.

Vooral de islam wordt door velen – terecht dan wel ten onrechte – als een bedreiging gezien. En ten slotte zijn er velen die vooral de veiligheidsrisico’s benadrukken van grootschalige immigratie. Immigratie is sowieso de laatste jaren sterk gesecuritiseerd, en de vrees neemt toe dat met migranten uit allerlei landen ook conflicten uit die landen worden geïmporteerd, inclusief de risico’s van terrorisme.

Nieuwkomers altijd met argwaan bekeken

Vanuit een historisch oogpunt zijn dit geen nieuwe geluiden: nieuwkomers zijn altijd met argwaan bekeken, en in de afgelopen vijftig jaar is, ondanks een omvangrijke immigratie, de anti-buitenlanderstemming in Europa, inclusief Nederland, in grote lijnen constant gebleven. Dit neemt niet weg dat de vraag hoeveel immigratie een samenleving kan verdragen zeker legitiem is. Een wetenschappelijk gefundeerd antwoord op die vraag is echter niet of nauwelijks te geven, vooral omdat hierop buitengewoon veel factoren van invloed zijn.

Uiteraard speelt de manier waarop het integratieproces van de migranten in hun nieuwe omgeving verloopt hierbij een grote rol: hoe soepeler de integratie, des te positiever immigratie wordt beoordeeld. Aangetekend zij hierbij dat het oordeel in de publieke opinie over processen van immigratie en integratie niet altijd op feiten is gebaseerd. Zoals op wel meer controversiële terreinen het geval is, speelt beeldvorming ook hier een belangrijke rol. (…)

Hoe migratie in goede banen te leiden

Over een aantal maatregelen die nodig zouden zijn om ook in de toekomst migratie in goede banen te leiden, bestaat onder migratiedeskundigen redelijke consensus. De consensus in politieke kring is vooralsnog beperkter. Een probleem hierbij is dat de meeste maatregelen veel effectiever zullen zijn als ze in Europees verband worden getroffen dan wanneer individuele lidstaten hiermee aan de slag gaan. Echter, de belangen van de verschillende landen zijn nogal eens tegenstrijdig hetgeen een gezamenlijk optreden belemmert. Niettemin zijn sommige van deze maatregelen de laatste tijd al voorzichtig in uitvoering genomen. Maar er is nog volop ruimte voor intensivering.

Men kan hierbij denken aan zaken als:

-Bijdragen aan conflictbeheersing en het bevorderen van economische ontwikkeling in (potentiële) landen van herkomst; hierbij kunnen naast nationale overheden en internationale organisaties ook bedrijven en particuliere organisaties een rol spelen

-Sluiten van overeenkomsten met deze landen, waarbij afspraken inzake migratie - onder meer over effectieve grensbewaking en het terugnemen van onderdanen die elders illegaal verblijven - worden gekoppeld aan afspraken over handelsvoorwaarden en sociaaleconomische ontwikkeling

-Snelle en transparante immigratieprocedures, waarbij personen die niet in aanmerking komen voor een verblijfstitel onverwijld worden teruggestuurd

-Krachtig bestrijden van mensenhandel en van illegale immigratie. Het creëren van meer mogelijkheden voor legale immigratie kan hieraan bijdragen

-Veel ruimere mogelijkheden voor de inburgering van nieuwkomers en hun snelle integratie, vooral via onderwijs en arbeid, in de landen van bestemming

-Een eerlijker verdeling van asielzoekers en vluchtelingen over de lidstaten van de EU

-Politici die de moed hebben duidelijk te maken dat immigratie niet per se een bedreiging hoeft te zijn en, zeker op den duur, kan bijdragen aan een rijkere en veelzijdigere samenleving.

Goed migratie beleid brengt twee wereldbeelden samen

De soms heftige reacties die de internationale migratie en haar gevolgen oproepen, weerspiegelen duidelijk hoezeer men de werkelijkheid vanuit uiteenlopende wereldbeelden kan interpreteren. Enerzijds zijn er degenen die inzien dat internationale migratie een onlosmakelijk aspect is van een steeds kleiner wordende wereld. Daarin vinden voortdurend contacten plaats tussen landen en volken in de vorm van handel, toerisme, culturele uitwisseling (mede via internet en sociale media) en ook migratie. Vaak is regulering van die contacten noodzakelijk, zeker als het om migratie gaat, maar met een helder en consequent uitgevoerd beleid moet dat mogelijk zijn.

Daartegenover staan degenen die de wereld vooral zien als een samenstel van soevereine volken en staten die geheel autonoom mogen bepalen wie hun grondgebied betreedt. Zij zien door de grote verschillen in rijkdom en door de onevenwichtige bevolkingsgroei in de wereld de druk op de grenzen alleen maar toenemen, en menen dat hiertegen uit eigenbelang hard moet worden opgetreden. Het gaat hier om twee wezenlijke verschillende wereldbeelden, het kosmopolitische en het nationalistische. Het zal een uitdaging worden een migratiebeleid te ontwikkelen dat de werkelijkheden daarachter afdoende met elkaar weet te verenigen, zo dit al mogelijk is.

Dit artikel is een licht bewerkt fragment uit het boek ‘Migratie’, geschreven door Han Entzinger, emeritus hoogleraar Migratie- en Integratiestudies aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Het boek maakt deel uit van de serie ‘Elementaire Deeltjes’, uitgegeven door Amsterdam University Press, ISBN 978 94 6298 842 2.

Foto: Philippe Leroyer (Flickr Creative Commons)