De verschillende bevolkingsgroepen in Zuid-Afrika hebben alle een eigen verleden. Bij de diverse machtswisselingen in de loop van de twintigste eeuw krijgt telkens de dominante groep greep op de publieke ruimte en op het geschiedenisonderwijs om vooral zijn eigen verleden te benadrukken. Zo zien we tijdens de regeringsperiode van de Nationale Partij bijvoorbeeld grote aandacht voor De Grote Trek en de Boerenoorlogen. Nu wordt binnen het ANC driftig gediscussieerd over de eigen geschiedenis en de gewenste representatie daarvan. In dit artikel wordt ingegaan op deze strijd om de collectieve herinnering.