Het eerste deel van de vraagstelling richt zich op huisartsen en neurologen/ zenuwartsen. Verschuiving van de zorg rond epilepsiepatienten van de specialist naar de huisarts, met dien verstande dat de diagnostiek en het instellen van de therapie bet domein van de specialist blijft, was het onderwerp van een schriftelijke enquete. De genoemde artsengroepen, - huisartsen en neurologen/ zenuwartsen-. denken over deze verschuiving verschillend. De huisartsen zijn in ruim driekwart voorstander van deze verschuiving. De grootste inbreng komt voor rekening van de jongeren, afgestudeerd na 1969. De neurologen/ zenuwartsen zijn in bijna tweederde tegenstander van deze verschuiving. Ook bier leveren de jongeren, afgestudeerd na 1965, de grootste bijdrage aan dit resultaat. Het tweede deel van de vraagstelling betreft een aantal feiten om trent de zorg voor epilepsiepatienten. De helft van de ondervraagde groep patienten geeft de neuroloog op als degene die de controles uitvoert in verband met de epilepsie. De huisarts vervult deze rol bij bijna een derde. De epileptoloog is betrokken bij een achtste deel van de groep. Bij het schrijven van bet recept is het aandeel van de neuroloog gedaald tot ruim tweederde, terwijl de buisartsen een bijna even groot aandeel heeft. Combinaties komen veelvuldig voor. Het veranderen van de medicatie is een actief deel van de bebandeling. De neuroloog is degene die dit bij tweederde doet. Ruim ééntiende komt voor rekening van zowel huisarts als epileptoloog. Het derde deel van de vraagstelling polst meningen van patienten. Vrijwel niemand wil een verandering van degene die de controles uitvoert. Ruim tweederde onderschrijft in meerdere of mindere mate de stelling dat epilepsie alleen maar door de specialist kan worden behandeld. Het bevorderen van behandeling en begeleiding van epilepsiepatienten door huisartsen is wenselijk volgens driekwart van de patienten. Bijna de belft gaat met vragen omtrent epilepsie liever naar de huisarts dan naar de specialist. Het vierde en laatste deel van de vraagstelling leidt tot een beschrijving in vele aspecten van een groep epilepsiepatienten. De demografiscbe en psycho-sociale kenmerken van de groep wijken niet af van die van de Nederlandse bevolking. De medische kenmerken komen grotendeels overeen met die van groepen ambulante epilepsiepatienten, zoals die in de literatuur worden gevonden

, , ,
H.A. Valkenburg (Hans)
Erasmus University Rotterdam
hdl.handle.net/1765/38606
Erasmus MC: University Medical Center Rotterdam

Rutgers, M. J. (1984, October 3). Geneeskundige en maatschappelijke aspecten van de zorg voor epilepsiepatiënten in Nederland. Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/38606