Abstract

Belanghebbende, inwoner van Nederland, is bestuurder van A (een internationaal concern). Hij heeft een belang in zijn werkgever verworven. De verwerving is in Nederland aangemerkt als loon uit dienstbetrekking. Op grond van een salary split is 15% (het voordeel) toegerekend aan de Verenigde Staten. In geschil is op welke wijze de voorkoming van dubbele belasting over het voordeel moet worden berekend: op basis van de vrijstellingsmethode of op basis van de verrekeningsmethode? De Hoge Raad stelt voorop dat volgens het belastingverdrag de verrekeningsmethode moet worden toegepast. Op grond van een resolutie van de staatssecretaris, kan niettemin de vrijstellingsmethode worden toegepast als (i) de beloning in de andere staat in de belastingheffing is betrokken, en (ii) in vergelijking met buitenlandse werknemers geen sprake is van een bijzonder regime. De voorwaarde dat de vrijstellingsmethode geldt ‘alleen (…) in zoverre door de belastingplichtige wordt aangetoond dat de directeuren- en commissarissenbeloningen in de andere verdragsluitende staat in de belastingheffing zijn betrokken’, moet volgens de Hoge Raad aldus worden uitgelegd dat voor toepassing van de vrijstellingsmethode is vereist dat de belastingplichtige aantoont dat de desbetreffende beloningen daadwerkelijk zijn begrepen in de grondslag waarover van hem door de andere verdragsluitende staat een belasting naar het inkomen is geheven. Dat is in de

,
hdl.handle.net/1765/50199
Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht
Erasmus School of Law

Molenaar, D. (2013). Goedkeurende resolutie inzake vrijstellingsmethode voor
directeurenbeloningen niet van toepassing. Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht, 1913(oktober 2013), 1–2. Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/50199