Psychologische aspecten van het ondergaan van een operatie

In toenemende mate wordt het belang van psychologische factoren in de geneeskunde en de gezondheidszorg onderkend. Het mag geen verwondering wekken dat deze factoren ook een rol spelen op het terrein van de heelkunde. Het samenwerkingsverband tussen de afdeling Medische Psychologie van de Medische Faculteit van de Erasmus Universiteit Rotterdam en de afdeling Heelkunde van het Academisch Ziekenhuis Leiden resulteerde in 1980 in het proefschrift van Banke. Deze studie betrof een onderzoek naar geluiden tijdens de narcose en hun invloed op het postoperatieve beloop. Banke concludeerde op grond van zijn onderzoeksresultaten dat patienten tijdens hun algehele narcose geluiden kunnen registreren. Omdat met name dit soort onderzoek beinvloed kan worden door vele moeilijk te controleren factoren, werd besloten tot replicatie. In dit kader zou ik 120 galblaasoperatiepatienten ondermeer voor en na hun electieve operatie onderzoeken. Van deze gelegenheid is gebruik gemaakt om tegelijkertijd een ander onderzoek te verrichten. Dat onderzoek was gericht op de rol die angst speelt bij operatiepatienten. Dit psychologisch fenomeen werd enerzijds onderzocht omdat er nog te weinig eenduidige kennis omtrent de invloed van angst op operatiepatienten bestaat. Anderzijds bestond op de afdeling Medische Psychologie de wens om meer onderzoek te doen naar angst in de medische situatie. De bovengenoemde overwegingen leidden ertoe dat de probleemstelling in dit proefschrift tweeledig is. Ten eerste is er de vraag: kunnen patienten tijdens hun algehele anesthesie geluidsprikkels registreren en hebben deze dan effect op het postoperatieve herstel? Dit onderzoek was een gedeeltelijke replicatie van de studie van Banke (zie DEEL I). Ten tweede werd er een exploratief onderzoek uitgevoerd naar angst bij patienten voor en na hun operatie (zie DEEL II). Er dienen twee kanttekeningen gemaakt te worden bij het onderzoeksproject dat in dit proefschrift staat beschreven