Ernstig zieke kinderen op een kinder-intensive care (IC) afdeling, krijgen regelmatig kalmerende middelen (sedativa) en pijnstillers (analgetica) toegediend om discomfort, onrust en pijn te voorkomen. Om bijwerkingen van deze middelen te voorkomen en om er voor te zorgen dat ze goed hun werk doen, is gedegen onderzoek nodig. Helaas zijn kinderen vaak de laatsten waarvoor medicijnen getest worden. Om deze reden hebben wij twee veel gebruikte sedativa, te weten midazolam en propofol, alsmede een nieuwe toedieningsvorm (intraveneus) van de pijnstiller paracetamol onderzocht op hun veiligheid en werkzaamheid. Daarnaast hebben wij onderzocht hoe de diepte van sedatie bij kinderen op de IC het best kan worden bepaald. Van midazolam wordt d.m.v. farmacokinetiek en farmacodynamiek beschreven dat een oplaaddosis midazolam van 0,1 mg/kg met daarop volgend een continu infuus van 0,05 mg/kg/u leidt tot lichte sedatie. Propofol bij kinderen op de IC is begin jaren '90 ter discussie komen te staan toen enkele 'case reports' een fatale afloop meldden. Uit ons onderzoek blijkt dat er geen bijwerking werd geconstateerd bij gebruik van propofol tot een dosering van 4 mg/kg/u. Paracetamol wordt normaliter in de vorm van een zetpil toegediend, maar is al 25 jaar ook intraveneus toepasbaar. In een dubbel blind gerandomiseerde trial werd i.v. propacetamol met rectale paracetamol vergeleken. Bij kinderen < 2 jaar leidt i.v. toediening veel sneller tot voldoende hoge concentraties van paracetamol. Bovendien zijn de concentraties veel beter voorspelbaar dan na toediening van een zetpil. De diepte van sedatie bij kinderen op de IC kan het best worden bepaald d.m.v. gedragsobservatieschalen. De bruikbaarheid van de Ramsay sedatie schaal werd onderzocht door deze te vergelijken met de COMFORT-gedragschaal. We vonden een goede correlatie tussen de RS en de COMFORT-gedragschaal. Echter, aangezien de RS een schaal is die slechts één aspect meet met zes antwoordmogelijkheden, kon in een aantal gevallen de diepte van sedatie niet bepaald worden. Verder is de RS een schaal die eerder het bewustzijn meet dan de diepte van sedatie. Een andere methode om de diepte van sedatie te meten zou de Bispectraal Index monitor kunnen zijn. Deze hersenfunctie monitor is uit de anesthesie afkomstig en werd tijdens verschillende omstandigheden op de kinder-IC onderzocht. Zo werd gekeken naar de waarde van de BIS monitor tijdens spierverslapping, barbituraten coma, sedatie en normale slaap bij kinderen. De hartslag en bloeddruk bleken geen adequate indicatoren van stress of pijn te zijn tijdens spierverslapping; dit in tegenstelling tot de BIS monitor. Verder bleek de BIS monitor de mate van barbituraten coma adequaat te kunnen monitoren. Bij kinderen onder 1 jaar bleek de BIS monitor niet altijd betrouwbaar. In het algemeen heeft de BIS monitor vele mogelijkheden op de kinder-IC, maar pleiten we wel voor een nieuw BIS algoritme voor kinderen onder de 1 jaar. Een tweede hersenfunctiemonitor, de Auditory Evoked Potential monitor (AEP monitor/2), maakt gebruik van de eerste respons van de hersenschors van de patiënt op een geluidsprikkel om de diepte van sedatie te meten. De AEP monitor/2 produceerde in 80% van de metingen geluidsprikkels van 75 dB. Dit geluidsniveau, met daarbij opgeteld het omgevingsgeluid, is veel te hoog voor een kinder-IC. Daarnaast bleek de correlatie tussen de AAI en de COMFORT-gedragschaal matig te zijn. Na 8 patiënten werd de studie gestopt. We adviseren dan ook om de AEP monitor/2 niet op de kinder-IC te gebruiken.

, ,
Aspect Medical Systems (Natick, USA), David Vervat Fonds
hdl.handle.net/1765/7163
Erasmus MC: University Medical Center Rotterdam

Prins, S. (2005, December 15). Under a watchful eye..: New Medication and Monitoring of Sedation and Analgesia in Pediatric Intensive Care. Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/7163