Het Koninkrijk der Nederlanden bestaat sinds 10 oktober 2010 uit vier landen: Aruba, Curaçao, Nederland en Sint Maarten. De Caribische landen van het Koninkrijk hebben een ruime mate van autonomie bij de behartiging van hun eigen aangelegenheden, maar zijn daarbij gebonden aan de verplichting om de fundamentele mensenrechten en vrijheden, de rechtszekerheid en de deugdelijkheid van het bestuur te verwezenlijken. Aan de koninkrijksregering zijn instrumenten toegekend die het mogelijk maken daar toezicht op te houden en zo nodig, in te grijpen. Dit wordt de waarborgfunctie van het Koninkrijk genoemd.
In dit proefschrift is onderzocht wat de betekenis is van de autonomie van Aruba, Curaçao en Sint Maarten en of en zo ja, hoe die autonomie wordt begrensd door de waarborgfunctie van het Koninkrijk.
Uit het onderzoek blijkt dat de Gouverneurs van respectievelijk Aruba, Curaçao en Sint Maarten een cruciale rol spelen in het waarborgen van de deugdelijkheid van het bestuur. Met name het kunnen geven van aanwijzingen aan de Gouverneurs blijkt een effectief instrument. Daarmee kan worden voorkomen dat drastische(re) maatregelen moeten worden genomen die in vergaande mate ingrijpen in de autonomie van de Caribische landen. In die inzet schuilt wel een afbreukrisico voor de constitutioneel onafhankelijke positie van de Gouverneur en ontstaan (politieke) spanningen tussen de Caribische landen en Nederland. Zolang er voor de Caribische landen geen mogelijkheid bestaat om een geschil over het optreden van de koninkrijksregering voor te leggen aan een onafhankelijke (rechterlijke) organisatie, blijft de inzet van toezichts- en interventiebevoegdheden onderwerp van politieke- en juridische discussie.

, , , ,
L.J.J. Rogier (Lodewijk)
Erasmus University Rotterdam
hdl.handle.net/1765/124927
Constitutional and Administrative Law

Bakhuis, G. (2020, March 6). Autonomie, toezicht en interventie in de Caribische landen van het Koninkrijk der Nederlanden. Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/124927