In deze beschouwing wordt ingegaan op de relatie tussen de circulaire economie en belastingen van lokale overheden. Daarbij worden voorbeelden besproken van circulaire initiatieven binnen gemeenten, waterschappen en provincies en de wijze waarop lokale heffingen deze initiatieven kunnen bekostigen of stimuleren. Geïnventariseerd wordt of in dit verband aangehaakt kan worden bij strategieën die hoog op de R-ladder staan of bij verduurzaming die vroeg in het productieproces plaatsvindt, omdat dit het meest effectief is voor de transitie naar een circulaire economie. Voor de WOZ/ozb wordt voorgesteld bestaande agrarische vrijstellingen te beperken tot de kringlooplandbouw.