De theorieën van de toonaangevende filosoof Adorno over kunst en cultuur bevatten opvattingen die zichzelf tegenspreken. In zijn proefschrift probeert Griffin deze tegenstellingen op te lossen om zo tot een betere theorie te komen. De functie van kunst en cultuur voor de maatschappij is al decennialang een belangrijk onderwerp in de kunstfilosofie. De filosoof Adorno is toonaangevend op dit gebied. In zijn dissertatie behandelt Griffin, Adorno's esthetica van de kunstvorm muziek. Volgens Griffin bevatten diens theorieën opvattingen die zichzelf tegenspreken. In de esthetica van Adorno staat het concept van het ‘niet-identieke’ centraal, datgene wat niet rationeel is in de kapitalistische maatschappij, Deze maatschappijvorm wordt door Adorno fel bekritiseerd, omdat volgens hem alles in dienst staat van ruilhandel en zelfverbetering. Voor Adorno is het 'non-identieke' alleen nog aanwezig in kunst en muziek. Alleen in dat domein kan men daarom kritisch nadenken over de maatschappij. Volgens Griffin zitten er echter enkele filosofische contradicties in de esthetica van Adorno. Een voorbeeld is het probleem van 'reïficatie': Adorno ziet geïndustrialiseerde samenlevingen als plaatsen waar alles wordt verheven tot een relatie tussen mensen en dingen. Hoewel Adorno zeer kritisch is over deze denkwijze, gebruikt hij het concept van reïficatie wel om ook over kunst na te denken. Vervolgens stelt hij dat kunst desondanks toch van reïficatie is gevrijwaard. Griffin probeert dergelijke tegenstellingen te benoemen en op te lossen. Zo wil hij de esthetische filosofie van Adorno verbeteren. Op deze manier hoopt Griffin met zijn proefschrift bij te dragen aan een verdieping van de manier waarop er in een tijd van digitalisering en e-commerce wordt gedacht over muziek en kunst in relatie tot de (kapitalistische) maatschappij.

, ,
J. de Mul (Jos)
Erasmus University Rotterdam
hdl.handle.net/1765/26020
Erasmus School of Philosophy

Griffin, S. (2011, September 8). New Music and Adorno’s Melancholia: Philosophical dissonance in Adorno’s music aesthetics. Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/26020