Inleiding: (Dit commentaar is bijgewerkt tot 30-06-2011). De artikelen 38m t/m 38u omvatten de regeling van de strafrechtelijke maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD-maatregel). [voetnoot: Wet van 9 juli 2004 tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders, Stb. 2004, 351 (inwerkingtreding op 1 oktober 2004, Stb. 2004, 471). ] Op grondslag van deze vrijheidsbenemende maatregel kunnen stelselmatig recidiverende en overlastveroorzakende daders voor maximaal twee jaar worden gedetineerd. Het is een ultimum remedium in een keten van overige (strafrechtelijke) interventies ter bestrijding van deze ernstige maatschappelijke overlast. [voetnoot: Kamerstukken I 2003/04, 28 980, D, p. 9, alsook Kamerstukken I 2003/04, 28 980, F, p. 7. Zie voor rechtspraak waaruit blijkt dat de(ze) overweging van subsidiariteit hoog wordt gehouden, onder meer Hof Arnhem 26 januari 2009, NbSr 2009, 6, en Hof Leeuwarden 15 april 2008, LJN BD0883. ] De regeling is uitdrukkelijk gemodelleerd naar de voorheen in onderhavige wetsartikelen neergelegde regeling van de SOV-maatregel. [voetnoot: Kamerstukken II 2002/03, 28 980, nr. 3, p. 8. ] Een zeer wezenlijk verschil is echter dat de ISD-maatregel zich niet louter uitstrekt tot de aan harddrugs verslaafde veelplegers, maar integendeel een brede, heterogene toepassing kent. Omdat het naast elkaar bestaan van twee zeer sterk op elkaar gelijkende sancties wenselijk noch nodig werd geacht, is de specifieke SOV-maatregel geïncorporeerd in de algemene ISD-maatregel.

Sdu Uitgevers
hdl.handle.net/1765/31039
Erasmus School of Law

Struijk, S. (2011). Maatregelen. Afdeling 3. Artikel 38m e.v. Sr. Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/31039