Tot het einde van de jaren '60 werden patienten uit Rotterdam en omgeving bij wie een oesophaguscarcinoom was vastgesteld meestal verwezen naar het Rotterdams Radio-Therapeutisch Instituut voor radiotherapie. Vanaf 1967 namen in het A.Z.R.-Dijkzigt de mogelijkheden tot chirurgische behandeling toe, waarna een samenwerking ontstond tussen betrokken specialisten van beide ziekenhuizen. Van alle nieuwe patienten met een oesophaguscarcinoom wordt sindsdien het beleid ln gezamelijk overleg bepaald. Dit. onderzoek werd opgezet om de consequenties van de chirurgische therapie te onderzoeken. Daartoe werden de gegevens geanalyseerd van 265 patienten die tussen 1-1-1968 en 1-1-1978 in het A.Z.R.-Dijkzigt een operatie hadden ondergaan wegens een carcinoom van de thoracale slokdarm of het gastro-oesophageale overgangsgebied. Bij 86 patienten werd de operatie tot een exploratie beperkt; 179 patienten ondergingen een resectie. Klinische en oncologische gegevens werden gerubriceerd; chirurgisch-technische gegevens, operatieve mortaliteit en overlevingsresultaten op langere termijn werden onderzocht. In het eerste hoofdstuk wordt de vraagstelling van het onderzoek geformuleerd waarna in het eerste deel van het proefschrift de gegevens uit de literatuur worden besproken en in het tweede deel het eigen onderzoek en de resultaten ervan worden behandeld.

, , , , ,
H. van Houten , D.L. Westbroek
Erasmus University Rotterdam
hdl.handle.net/1765/32125
Erasmus MC: University Medical Center Rotterdam

Dijkhuis, C. M. (1982, June 11). De behandeling van slokdarmkanker. Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/32125