SAMENVATTING In IAS 1 ‘Presentatie van de jaarrekening’ wordt ingegaan op de zogenoemde primaire overzichten van de jaarrekening: de balans, de winst-en-verliesrekening (met al dan niet de overige resultaten als een afzonderlijk primair overzicht), het kasstroomoverzicht en het overzicht van de mutaties in het eigen vermogen. De standaard stelt een aantal eisen maar biedt anderzijds ook vrijheid van handelen door ondernemingen. Wij onderzoeken de jaarverslagen van 97 ondernemingen die genoteerd staan in de FTSE 100, en de keuzes die door deze ondernemingen zijn gemaakt. Wij analyseren op een aantal punten de invloed van het land van herkomst van de onderneming en de bedrijfstak waarin de onderneming werkzaam is. Ten aanzien van non-GAAP financial measures wordt geconcludeerd dat sprake is van een grote mate van diversiteit. RELEVANTIE VOOR DE PRAKTIJK Dit artikel geeft de bevindingen weer van een onderzoek naar de keuzes die ondernemingen maken aangaande de presentatie van primaire overzichten op basis van IAS 1 en het gebruik van alternatieve (non-GAAP1) financiële prestatie-indicatoren. Dit onderzoek is relevant voor regelgevende instanties, alsmede opstellers, controleurs en gebruikers van jaarrekeningen. Op aspecten bestaan er verschillen tussen ondernemingen op basis van hun land van herkomst en de bedrijfstak waarin zij opereren.

hdl.handle.net/1765/38238
Maandblad voor accountancy en bedrijfseconomie : MAB
Erasmus Research Institute of Management

Knoops, C., & Backhijs, J. (2011). Keuzes en alternatieven in de presentaties van de primaire overzichten onder IFRS. Maandblad voor accountancy en bedrijfseconomie : MAB, 85(12), 589–609. Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/38238