In deze zaak deed de belanghebbende een beroep op artikel 34 Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer voor vrijstelling van parkeerbelasting. In de annotatie wordt ingegaan op de rechtstreekse werking van het verdragsartikel, de uitwerking in Nederlandse regelgeving en de vraag of hier sprake is van een uitzondering van de vrijstelling vanwege een 'heffing voor verleende diensten'. Ook wordt de vraag beantwoord of een vrijstelling geldt voor rioolheffing en wordt de vraag opgeworpen hoe het zit met de parkeerbelasting die wordt geheven voor een parkeervergunning.