In dit proefschrift staat de vraag naar de meerwaarde van (investeringen in) een kwaliteitssysteem in een revalidatiecentrum centraal. In de gezondheidszorg wordt vanaf het midden van de jaren tachtig toenemend gesproken over kwaliteit. De aandacht hiervoor groeide toen geleidelijk aan bleek dat de ontwikkeling van de zorgvraag en (met name de financiering van) het aanbod steeds minder op elkaar aansloten. Onder andere een toenemend beroep op zorgvoorzieningen door de verouderende en steeds meer eisende bevolking, én het door de overheid, met het oog op de collectieve lasten, noodzakelijk geachte kosten-beheersingsbeleid, zijn hiervoor belangrijke redenen. Binnen de sector groeit de bezorgdheid over de kwaliteit van de zorgverlening; de vanzelfsprekendheid waarmee men er vanuit ging dat een goed eindproduct geleverd zou worden, verdwijnt. In navolging van industrie en commerciële dienstverlening wordt het begrip kwaliteitszorg geïntroduceerd. In 1989 en 1990 werden - toen nog in verband met de door de commissie Dekker voorgestelde marktwerking en deregulering - door de KNMG (Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering van de Geneeskunstl twee conferenties over een "landelijk kwaliteitsbeleid" georganiseerd; door de betrokken partijen in de gezondheidszorg werd toen, voor een periode van vijf jaar, een aantal afspraken gemaakt over uitgangspunten en gewenste ontwikkelingen. Onder andere werd vastgelegd dat de aanbieders van zorg het initiatief zouden nemen om "binnen een half jaar te komen tot het maken van afspraken over de ontwikkeling van kwaliteitssystemen" (zie bijlage 1). Op verzoek van de deelnemers is er door de Nationale Raad voor de Volksgezondheid een commissie Voortgang Ontwikkeling Kwaliteitsbeleid ingesteld, die de ontwikkelingen op dit terrein ging bewaken. In 1995 heeft, aangestuurd door die commissie, een evaluatie plaatsgevonden van de wijze waarop aan de eerder gemaakte afspraken vorm is gegeven en is er opnieuw een landelijke kwaliteitsconferentie geweest. Hier zijn afspraken voor de periode 1995-2000 vastgelegd over begripsverheldering, externe beoordeling, ontwikkeling van kwaliteitssystemen, informatie over de kwaliteit van zorg- en verzekeringsaanbod en prikkels en voorwaarden voor kwaliteitsbeleid. Bijvoorbeeld werd (opnieuw) afgesproken dat expliciet aandacht besteed zal gaan worden aan de organisatiebrede opbouw van kwaliteitssystemen.

, , , , ,
O.A.M. Fisscher , A.F. Casparie (Anton)
Erasmus University Rotterdam
hdl.handle.net/1765/20368
Erasmus School of Health Policy & Management (ESHPM)

van Harten, W. (1997, December 10). Bouwen aan een kwaliteitssysteem in de revalidatiezorg: Een poging tot constructive technology assessment van een kwaliteitssysteem in een gezondheidszorginstelling. Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/20368