Wat betekent het vandaag om Leibniziaan te zijn? (CGD: 1980, 1986, 1987) Deze vraag vormt het leidmotief van Deleuzes colleges over Leibniz en wordt uiteindelijk beantwoord in Le pli. Leibniz et le baroque uit 1988. Zoals bekend schrijft Deleuze niet over andere filosofen, maar met hen, en dan vooral met filosofen die deel lijken uit te maken van de geschiedenis van de filosofie, maar er tegelijkertijd in een opzicht, of helemaal, aan ontsnappen: Lucretius, Spinoza, Hume, Nietzsche, Bergson . (D: 34) Vergeleken met deze wilde denkers ligt de keuze voor de ijdele hofintellectueel, politiek opportunist en diplomatieke pragmaticus Gottfried Leibniz (1646-1716) niet voor de hand. Was het niet Leibniz die zei dat het weliswaar de taak van de filosofie is om nieuwe concepten te creëren, maar, anders dan zijn collega Spinoza, alleen zonder de gevestigde gevoelens te kwetsen ? (NP: 119 / 104; LS: 141 / 116) De filosoof die zelfs bij hoog en laag ontkende Spinoza ooit te hebben ontmoet, en als hij hem al ontmoet had dan toch alleen om hem onder toezicht te houden ? Leibniz is abominabel, aldus Deleuze. (CGD: 15/04/1980) Toch is hij ook door hem gefascineerd omdat wellicht geen enkele andere filosoof zoveel heeft gecreëerd en geen enkele filosoof zoveel creatieve volgelingen heeft gehad . (Pp: 211 / 154-5) Als ingenieur ontwierp Leibniz windmolens voor de Russische tsaar; voor de Britse Royal Society bouwde hij de eerste rekenmachine; als wiskundige bedacht hij het binaire getalstelsel en legde hij tegelijk met Newton de grondslagen voor de differentiaalrekening; als politiek strateeg maakte hij een plan voor de verovering van Egypte; als wetenschapper stichtte hij een academie; als diplomaat deed hij voorstellen voor religieuze verzoening; als kunstenaar ontwierp hij medailles en ceremonieën; en als filosoof is hij de bedenker van een schier eindeloze reeks principes en concepten.

hdl.handle.net/1765/26255
Erasmus School of Philosophy

van Tuinen, S. (2009). Le pli. Retrieved from http://hdl.handle.net/1765/26255